Wordt u door Gods Geest geleid?

Zonder een goede leiding verdwalen wij: "Ik weet, o HERE, dat het niet aan de mens staat zijn weg te kiezen, noch aan een man om te gaan en zijn schreden te richten" (Jeremia 10:23).

Velen laten zich zomaar met de kudde meesleuren. God echter heeft bevolen: "Gij zult de meerderheid in het kwade niet volgen" (Exodus 23:2).

Ook zijn er mensen die beweren dat ze Gods leiding volgen, wanneer het niet waar is: "Zo zegt de Here HERE: Wee de dwaze profeten die hun eigen geest volgen, zonder iets geschouwd te hebben" (Ezechiël 13:3).

David was gelukkig in de zekerheid dat God hem leidde: "De HERE is mijn herder, mij ontbreekt niets; Hij doet mij nederliggen in grazige weiden; Hij voert mij aan rustige wateren; Hij verkwikt mijn ziel. Hij leidt mij in de rechte sporen om zijns naams wil" (Psalm 23:1-3).

David besefte ook dat hij God moest leren volgen: "HERE, maak mij uw wegen bekend, leer mij uw paden, leid mij in uw waarheid en leer mij" (Psalm 25:4). "Onderwijs mij, HERE, uw weg en leid mij op een effen pad" (Psalm 27:11). Om Gods leiding te volgen moeten wij Zijn wegen leren kennen; wij moeten daarin onderricht ontvangen.

David wilde leren door Gods Geest geleid te worden: "Leer mij uw wil te doen, want Gij zijt mijn God, uw goede Geest geleide mij in een effen land" (Psalm 143:10). David besefte dat hij Gods wil moest leren doen om door Gods Geest geleid te worden.

In Jesaja 40:11 werd voorspeld dat God zou komen om Zelf aan zijn volk leiding te geven: "Hij zal als een herder zijn kudde weiden, in zijn arm de lammeren vergaderen en ze in zijn schoot dragen; de zogenden zal Hij zachtkens leiden."

Jezus kwam om deze profetie te vervullen: "Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, wie niet door de deur de schaapskooi binnenkomt, maar op een andere plaats inklimt, die is een dief en een rover; maar wie door de deur binnenkomt, is de herder der schapen. Voor hem doet de deurwachter open en de schapen horen naar zijn stem en hij roept zijn eigen schapen bij name en voert ze naar buiten. Wanneer hij zijn schapen alle naar buiten gebracht heeft, gaat hij voor ze uit en de schapen volgen hem, omdat zij zijn stem kennen; maar een vreemde zullen zij voorzeker niet volgen, doch zij zullen van hem weglopen, omdat zij de stem der vreemden niet kennen. ... Ik ben de goede herder. De goede herder zet zijn leven in voor zijn schapen; maar wie huurling is en geen herder, wie de schapen niet toebehoren, ziet de wolf aankomen, laat de schapen in de steek en vlucht - en de wolf rooft ze en jaagt ze uiteen - want hij is een huurling en de schapen gaan hem niet ter harte. Ik ben de goede herder en Ik ken de mijne en de mijne kennen Mij, gelijk Mij de Vader kent en Ik de Vader ken, en Ik zet mijn leven in voor de schapen. Nog andere schapen heb Ik, die niet van deze stal zijn; ook die moet Ik leiden en zij zullen naar mijn stem horen en het zal worden één kudde, één herder" (Johannes 10:1-5, 11-16).

Jezus is de goede Herder van Gods volk. Maar hoe leidt Jezus ons nu Hij naar Zijn Vader is teruggegaan? Hij heeft zijn apostelen de leiding van de Heilige Geest beloofd.

"Dit heb Ik tot u gesproken, terwijl Ik nog bij u verblijf; maar de Trooster, de Heilige Geest, die de Vader zenden zal in mijn naam, die zal u alles leren en u te binnen brengen al wat Ik u gezegd heb" (Johannes 14:25,26).

"Wanneer de Trooster komt, die Ik u zenden zal van de Vader, de Geest der waarheid, die van de Vader uitgaat, zal deze van Mij getuigen; en gij moet ook getuigen, want gij zijt van het begin aan met Mij" (Johannes 15:26,27).

"En nu ga Ik heen tot Hem, die Mij gezonden heeft, en niemand van u vraagt Mij: Waar gaat Gij heen? Maar omdat Ik dit tot u gesproken heb, heeft droefheid uw hart vervuld. Doch Ik zeg u de waarheid: Het is beter voor u, dat Ik heenga. Want indien Ik niet heenga, kan de Trooster niet tot u komen, maar indien Ik heenga, zal Ik Hem tot u zenden. En als Hij komt, zal Hij de wereld overtuigen van zonde en van gerechtigheid en van oordeel; van zonde, omdat zij in Mij niet geloven; van gerechtigheid, omdat Ik heenga tot de Vader en gij Mij niet langer ziet; van oordeel, omdat de overste dezer wereld geoordeeld is. Nog veel heb Ik u te zeggen, maar gij kunt het thans niet dragen; doch wanneer Hij komt, de Geest der waarheid, zal Hij u de weg wijzen tot de volle waarheid; want Hij zal niet uit Zichzelf spreken, maar al wat Hij hoort, zal Hij spreken en de toekomst zal Hij u verkondigen. Hij zal Mij verheerlijken, want Hij zal het uit het mijne nemen en het u verkondigen. Al wat de Vader heeft, is het mijne; daarom zeide Ik: Hij neemt uit het mijne en zal het u verkondigen" (Johannes 16:5-15).

Door de Heilige Geest heeft Christus de apostelen de weg gewezen tot de volle waarheid.

Wij volgen Jezus - wij worden door Zijn Geest geleid - wanneer wij, zoals de eerste gelovigen, in het onderwijs der apostelen blijven volharden (Handelingen 2:42).

Om de leiding van Christus te volgen moeten wij uiteraard Hem gehoorzamen (Johannes 14 t/m 16). De heilige Schrift bewerkt gehoorzaamheid onder alle volken: "Hem nu, die bij machte is u te versterken - naar mijn evangelie en de prediking van Jezus Christus, naar de openbaring van het geheimenis, eeuwenlang verzwegen, maar thans geopenbaard en door profetische schriften volgens bevel van de eeuwige God tot bewerking van gehoorzaamheid des geloofs bekendgemaakt onder alle volken - Hem, de alleen wijze God, zij, door Jezus Christus, de heerlijkheid in alle eeuwigheid! Amen" (Romeinen 16:25,26).

Het zwaard van de Geest is het woord van God (Efeziërs 6:17). Alleen wie daadwerkelijk door Gods Geest wordt geleid, is een kind van God: "Zo is er dan nu geen veroordeling voor hen, die in Christus Jezus zijn. Want de wet van de Geest des levens heeft u in Christus Jezus vrijgemaakt van de wet der zonde en des doods. Want wat de wet niet vermocht, omdat zij zwak was door het vlees - God heeft, door zijn eigen Zoon te zenden in een vlees, aan dat der zonde gelijk, en wel om de zonde, de zonde veroordeeld in het vlees, opdat de eis der wet vervuld zou worden in ons, die niet naar het vlees wandelen, doch naar de Geest. Want zij, die naar het vlees zijn, hebben de gezindheid van het vlees, en zij, die naar de Geest zijn, hebben de gezindheid van de Geest. Want de gezindheid van het vlees is de dood, maar de gezindheid van de Geest is leven en vrede. Daarom dat de gezindheid van het vlees vijandschap is tegen God; want het onderwerpt zich niet aan de wet Gods; trouwens, het kan dat ook niet: zij, die in het vlees zijn, kunnen Gode niet behagen. Gij daarentegen zijt niet in het vlees, maar in de Geest, althans, indien de Geest Gods in u woont. Indien iemand echter de Geest van Christus niet heeft, die behoort Hem niet toe. Indien Christus in u is, dan is wel het lichaam dood vanwege de zonde, maar de geest is leven vanwege de gerechtigheid. En indien de Geest van Hem, die Jezus uit de doden heeft opgewekt, in u woont, dan zal Hij, die Christus Jezus uit de doden opgewekt heeft, ook uw sterfelijke lichamen levend maken door zijn Geest die in u woont. Derhalve, broeders, zijn wij schuldenaars, maar niet van het vlees om naar het vlees te leven. Want indien gij naar het vlees leeft, zult gij sterven; maar indien gij door de Geest de werkingen des lichaams doodt, zult gij leven. Want allen, die door de Geest Gods geleid worden, zijn zonen Gods" (Romeinen 8:1-14).

Het volgen van de leiding van Gods Geest heeft te maken met wat wij doen en waarom. Wij doen het goede niet uit wettelijke verplichting, maar gemotiveerd door Gods Geest die in ons woont. Wij wandelen niet naar het vlees, maar naar de Geest. Wij onderwerpen ons graag aan de wet Gods omdat Zijn Geest in ons woont!

Dit bevrijdt ons van de dwang van de wet, zoals wij ook in Galaten 5:13-18 lezen: "Want gij zijt geroepen, broeders, om vrij te zijn; (gebruikt) echter die vrijheid niet als een aanleiding voor het vlees, maar dient elkander door de liefde. Want de gehele wet is in één woord vervuld, in dit: gij zult uw naaste liefhebben als uzelf. Indien gij echter elkander bijt en vereet, ziet dan toe, dat gij niet door elkander verslonden wordt. Dit bedoel ik: wandelt door de Geest en voldoet niet aan het begeren van het vlees. Want het begeren van het vlees gaat in tegen de Geest en dat van de Geest tegen het vlees - want deze staan tegenover elkander - zodat gij niet doet wat gij maar wenst. Indien gij u echter door de Geest laat leiden, dan zijt gij niet onder de wet".

Wie het woord van God vrijwillig en daadwerkelijk uit liefde gehoorzaamt, wordt door Gods Geest geleid; wie Gods woord verwerpt of niet daadwerkelijk gehoorzaamt, laat zich leiden door de begeerten van het vlees en zodoende volgt hij de satan achterna.

Hier vinden we een duidelijke tegenstelling. Wij moeten kiezen òf voor de Geest òf voor het vlees: "Het is duidelijk, wat de werken van het vlees zijn: hoererij, onreinheid, losbandigheid, afgoderij, toverij, veten, twist, afgunst, uitbarstingen van toorn, zelfzucht, tweedracht, partijschappen, nijd, dronkenschap, brasserijen en dergelijke, waarvoor ik u waarschuw, zoals ik u gewaarschuwd heb, dat wie dergelijke dingen bedrijven, het Koninkrijk Gods niet zullen beërven. Maar de vrucht van de Geest is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing. Tegen zodanige mensen is de wet niet. Want wie Christus Jezus toebehoren, hebben het vlees met zijn hartstochten en begeerten gekruisigd. Indien wij door de Geest leven, laten wij ook door de Geest het spoor houden" (Galaten 5:19-25).

Laten wij de leiding van Gods Geest volgen, opdat wij Zijn kinderen mogen zijn.

Roy Davison

    De schriftgedeelten in dit artikel zijn uit de Nieuwe Vertaling, © Nederlands Bijbelgenootschap 1951 (tenzij anders aangeduid).