Wat is de gemeente van Christus?
Deze vragenlijst heb ik van iemand gekregen die inlichtingen inwon over verschillende geloofsgemeenschappen in België. Hier volgen de gestelde vragen, samen met beknopte antwoorden.
1. Welke is de geloofsbelijdenis van gemeenten van Christus?
Wij belijden dat Jezus de Christus is, de Zoon van de levende God (Matteüs 16:16; 1 Timoteüs 6:12,13).
2. Welke specifieke punten onderscheiden uw denominatie van andere groeperingen?
Wij beschouwen ons niet als denominatie. Wanneer wij het over gemeenten van Christus hebben, bedoelen wij plaatselijke vergaderingen van christenen die net niet als denominatie willen optreden, maar uitsluitend in naam van Christus, als leden van Zijn lichaam (Efeziërs 1:22,23; 1 Korintiërs 12:12,13).
De erfzondeleer vinden wij in de Schrift niet terug. Wel zijn zonde en dood door Adam in de wereld gekomen (Romeinen 5:12), maar iedere mens is slechts voor eigen zonden verantwoordelijk (Ezechiël 18).
Wij dopen gelovigen (Marcus 16:16) door onderdompeling (Kolossenzen 2:11) tot vergeving van zonden (Handelingen 2:38). De doop is niet een verdienstelijk werk, maar wel een genadegave Gods waardoor wij met Christus verenigd worden (Titus 3:3-7; Romeinen 6:3-11). Daarom erkennen wij niemand als medechristen tenzij hij bijbels gedoopt is.
Wij gebruiken geen godsdienstige eretitels zoals Eerwaarde of Dominee (Matteüs 23:8-10). Plaatselijke gemeenten worden door oudsten geleid, die aan de bijbelse normen voldoen (1 Timoteüs 3; Titus 1). Onder hun leiding zijn er ook dienaars, predikers en leraars. Wij hebben geen functies, ambten of posten behalve de bijbelse. Daarom hebben wij ook geen centraal hoofdkwartier, synode of bond.
Wij vergaderen op de eerste dag van de week (zondag) om brood te breken (Handelingen 20:7). Gods woord beschouwen wij als maatgevend. Daarom beperken wij onze aanbiddingsvormen tot die van het Nieuwe Testament. In onze vergaderingen wordt gebeden en gezongen, het woord wordt verkondigd, wij breken het brood en geven volgens vermogen (Handelingen 2:42; Efeziërs 5:19; 1 Korintiërs 16:1,2). Nietapostolische aanbiddingsvormen zoals het vieren van Pasen en Kerstmis, of het gebruik van kaarsen, wierook en muziekinstrumenten laten wij weg als afwijkingen van de leer van Christus, belemmeringen voor geestelijke aanbidding en als oorzaken van verdeeldheid.
Wij zijn burgers van Gods Koninkrijk (Filippenzen 3:20) dat bij de hemelvaart van Christus werd opgericht (Handelingen 2:29-36; Kolossenzen 1:13; Openbaring 1:5,6). Bij Zijn wederkomst zullen hemel en aarde vergaan (2 Petrus 3:1-13).
Bij de doop ontvangen wij de gave van de Heilige Geest (Handelingen 2:38,39). De bijzondere gaven van de Geest waren door handoplegging der apostelen gegeven (Handelingen 8:18; 19:6; 2 Timoteüs 1:6) en komen in de gemeenten nu niet voor.
3. Door wie werd uw geloofsgemeenschap gesticht? in welk land? wanneer?
Iedere plaatselijke gemeente ontstaat wanneer minstens twee of drie ware christenen op bijbelse grondslag vergaderen in naam van Christus (Matteüs 18:20). De gemeente van Christus waar iedere plaatselijke gemeente deel van is, werd door Christus op de Pinksterdag na Zijn hemelvaart gesticht. Vanaf die tijd heeft die gemeente steeds bestaan, maar alleen God weet precies waar en wanneer alle ware plaatselijke gemeenten zijn ontstaan.
4. Door wie werd uw geloofsgemeenschap in België begonnen? wanneer? waar?
Dit is niet bekend. Onder gemeenten die ons bekend zijn en die nu vergaderen dateren de oudsten van kort na de tweede wereldoorlog.
5. Kan u in het kort enige historiek of markante punten uit het leven van uw geloofsgemeenschap neerschrijven?
Hoewel Jezus voor eenheid onder Zijn volgelingen heeft gebeden (Johannes 17), heeft Hij ook voorspeld dat vele valse leraars in Zijn naam zouden opstaan en dat zij velen zouden misleiden (Matteüs 24:5). Paulus heeft ook voorspeld dat een grote afval zou komen (2 Tessalonicenzen 2:3-12). Tegen het einde van de eerste eeuw was dit al een werkelijkheid (1 Johannes 2:18,19). Vanaf die tijd zijn het maar weinigen in iedere eeuw en in ieder land die de kleine weg bewandeld hebben (Matteüs 7:13,14). Maar wij geloven dat in iedere eeuw hier en daar gemeenten van Christus vergaderd hebben.
Wij noemen ons gemeenten van Christus niet in exclusieve zin, maar wel in bepalende zin. Wij zeggen niet dat wij de weg zijn, maar wel dat Christus de enige weg is. Wij roepen iedereen op om in Hem te geloven. Wij roepen alle gelovigen op om Hem echt te volgen en op basis van Zijn woord zich in Zijn lichaam te verenigen.
Roy Davison
De schriftgedeelten in dit artikel zijn uit de Nieuwe Vertaling, © Nederlands Bijbelgenootschap 1951 (tenzij anders aangeduid).